Er is beweging
Vorige week heb ik op deze site nog stilgestaan bij de afhankelijkheid van Lelystad als het gaat om werkgelegenheid van zakelijke dienstverlening. vandaar dat we ons sterk maken voor overschakeling naar wat wij noemen het industrieel-logistiek complex. Dat is in ieder geval gebaseerd op 2 peilers: de Luchthaven Lelystad en Flevokust. En op beide fronten was er deze week (gelukkig) substantiële vooruitgang te melden. Als eerste de luchthaven: Provincie Flevoland, gemeente Lelystad, Schiphol Group en NV Luchthaven Lelystad hebben het in 2007 gesloten convenant over de ontwikkeling van Lelystad Airport omgezet in een werkdocument. Een document waarin de luchthavenpartners de taken verdelen en zich vastleggen op een gezamenlijke planning die ervoor moet zorgen dat Luchthaven Lelystad in 2015 beschikt over alle vergunningen en volledig operationeel is . Aanvullend op de voort te zetten samenwerking binnen de Lelystadse Alderstafel gaan de luchtvaartpartijen afspraken maken over de activiteiten die op korte termijn verricht moeten worden. De eerste activiteiten zijn gericht op bevordering van de werkgelegenheid door inzet op de vestiging van nieuwe luchtvaartgebonden onderhouds- en reparatiebedrijven, het zogenoemde MRO-segment: Maintenance, Repair and Overhaul. Aan een belangrijke voorwaarde is inmiddels voldaan: het verharden van de veiligheidsstroken van de start- en landingsbaan. Onderhoudsbedrijven kunnen daarmee makkelijker vliegtuigen ter reparatie en onderhoud naar Lelystad Airport brengen.
Ik ben er blij mee dat we de stap van theorie en beleidsdiscussies nu om kunnen zetten in het daadwerkelijk aan gaan trekken van bedrijven.
Daarnaast was er Flevokust.Realisering van bedrijventerrein Flevokust ten noorden van Lelystad is een stap dichterbij. Ik stel namens het College de gemeenteraad een ontwikkelingsscenario voor waarin een havengebied wordt ontwikkeld van 115 hectare, deels buitendijks en deels binnendijks. In een eventuele terugvaloptie wordt 43 hectare alleen buitendijks bedrijventerrein uitgegeven, vooral met het doel een haventerminal te realiseren. In dat geval vindt groei van Flevokust meer gefaseerd plaats. De gemeente Lelystad en Haven Amsterdam zijn gezamenlijk de initiatiefnemers voor deze havenontwikkeling. Provincie Flevoland steunt de plannen.
We stellen de gemeenteraad voor een ontwikkelingsstrategie vast te stellen en de voorbereidingen te treffen voor de samenwerkingsvorm (CV/BV) die nodig is voor de ontwikkeling van dit bedrijventerrein. Het college van Amsterdam buigt zich daar komende maand over. Maart 2013 zal dan een investeringsbeslissing kunnen worden genomen. Flevokust is een belangrijke economische kans voor Flevoland/Lelystad. De haven versterkt de economie en de aantrekkelijkheid van Lelystad en de regio als vestigingsplek voor bedrijven. Het geeft daarmee een impuls aan de werkgelegenheid. Flevokust ligt op een strategische locatie, aan een van de belangrijkste binnenvaartroutes van Nederland. Samen met andere ontwikkelingen zoals de uitbreiding van Lelystad Airport en de opening van de Hanzelijn versterkt dit de logistieke knooppuntfunctie van Lelystad. Kortom, ook weer een belangrijke stap in de goede richting, als we de gemeenteraad er van kunnen overtuigen natuurlijk.
Los van dit economisch geweld was er ook voldoende te beleven afgelopen week. Zo heeft de gemeenteraad ingestemd met de filmplannen van Agora, is de parkeerexploitatie vastgesteld en niet te vergeten de begroting. Met politiek boeiende keuzes. Zo is uitbreiden van parkeertijden uitgeruild tegen een bescheiden tariefsverhoging en is de toeristenbelasting uitgeruild tegen een ook bescheiden verhoging van de OZB niet-woningen; zeg maar voor bedrijven. Goed denk ik dat dit soort politieke keuzes echt in de arena van de Raad gemaakt worden.
Afgelopen zaterdag mocht ik tenslotte een bijzonder kunstproject openen: de landelijke presentatie Gogyoshi Art Project in #Loods32 in Lelystad. De nucleaire ramp, nu ruim een jaar geleden, in Fukushima, Japan vormde de aanleiding voor een reeks gedichten van Taro Aizu. Ed Hanssen en Fred van Welie hebben dit project voor Nederland geadopteerd en per provincie zijn minimaal twee tot maximaal acht kunstenaars gevraagd zich te laten inspireren door een gedicht van Taro Aizu. Ongeveer zestig kunstenaars, komend uit alle provincies van Nederland, hebben zich laten inspireren door deze gedichten. Tijdens deze landelijke presentatie vormen al deze werken een heel bijzonder overzicht van zowel het werk zelf, als de impact die een nucleaire ramp oproept bij de betrokken kunstenaars. De Flevolandse deelnemers aan dit project zijn Clara van den Hout, Fred van Welie, Gonny Geurts, Iris van ’t Bosch, Kitty van Dijk en Rob Veening. Het is een indrukwekkende presentatie geworden. Gaat dat zien !