Door Jop Fackeldey op 2 februari 2012

Weg met het kooprecht

'Mensen staan in de rij voor een huurwoning. Koopwoningen zijn aan de straatstenen niet te slijten. En wat stelt het kabinet Rutte voor? Verkopen die huurwoningen! 75 procent van de totale voorraad sociale huurwoningen moet verplicht in de aanbieding. Dat zijn 1,8 miljoen woningen in heel Nederland. In Flevoland zijn er ongeveer 40.000 corporatiewoningen (peildatum 2009).
Daarvan moeten er dus 30.000 in de verkoop.
Lelystad heeft 8.424 corporatie woningen (op een totaal van 30.452 woningen (peildatum 2009). De corporaties moeten van het kabinet in Lelystad dus 6.318 huurwoningen te koop zetten. Almere heeft bijna 20.456 corporatiewoningen. De Almeerse corporaties moeten 15.342 woningen te koop gaan zetten van het kabinet.
Behalve dat de druk op de sociale huurmarkt door een dergelijke maatregel enorm zal toenemen (immers niet iedereen wil of kan kopen), trekken we dus blijkbaar geen lessen uit het verleden. Lelystad ervaart nu iedere dag weer wat het effect is geweest van gedwongen verkoop van huurwoningen. Bij het ontstaan van de huidige corporatie werden de twee fusiepartners gedwongen 35 % van het bezit te verkopen. Dat heeft geleid tot gespikkeld bezit in wijken en tot grote onderhoudsachterstanden bij veel van de particuliere eigenaren, die onvoldoende middelen hebben om het noodzakelijke onderhoud aan hun woning te plegen. De totale maatschappelijke schade c.q. het bedrag dat nodig is om dit probleem op te lossen wordt alleen al in Lelystad geraamd op € 42.000.000. Een probleem dat voorkomen had kunnen worden door niet gedwongen te verkopen.
Dit is het zoveelste ondoordachte volkshuisvestingsvoorstel van dit kabinet. Het einde van de woningcorporatie en daarmee het aanbod van betaalbare kwalitatief hoogwaardige huurwoningen in Nederland komt in zicht. Nederland heeft behoefte aan extra huurwoningen. Steeds meer ouderen willen graag hun woning verkopen en hun laatste le¬vensjaren in een huurwoning doorbrengen. In een stad als Lelystad kunnen veel jongeren, starters en middeninkomens de meeste koopwoningen niet betalen.
Steeds meer werknemers hebben tijdelijke contracten, meer mensen worden, al dan niet gedwongen, zzp’er. Ook voor hen is een behoorlijke koopwoning onbereikbaar geworden. Geen bank die ze nog een hypotheek geeft. En wat stelt het kabinet voor? Ook al kan het niet, u moet kopen!
Ook de Woonbond maakt zich, terecht, grote zorgen over dit onzalige voornemen van het kabinet. Zij stellen: "Er is in deze tijd geen behoefte aan meer woningen die te koop worden gezet, maar aan meer betaalbare huurwoningen. Als dit kabinet dan toch iets voor huurders wil doen, dan kan het beter afzien van de huurmaatregelen die de huurders hard raken in hun portemonnee."
Woningen moeten worden gedumpt op de koopmarkt. Dat is niet alleen kapitaalvernietiging van bezit dat door de maatschappij is opgebouwd. Het betekent ook een afname van de waarde van het woningbezit van de huidige huizenbezitters. Want hoe meer woningen op de markt komen, hoe lager de waarde van de overige koopwoningen, een eenvoudige economische wet van weinig vraag en te veel aanbod. Op dit moment staan er in Lelystad in de prijsklasse tot 200.000 euro ongeveer 810 woningen te koop (via Funda). Daar komen dus 6.318 woningen van de corporaties bij. Dit effect wordt nog eens verergerd, doordat de kopers van deze woningen, de huidige huurders, de starters van morgen hadden kunnen zijn. Normaliter kopen huurders een eigen huis zodra het inkomen dat toelaat. Nu zal men de bestaande huurwoning gaan kopen. Gevolg: de doorstroming op de woningmarkt blijft uit, het bordje te koop blijft nog langer staan. En voor zoekende huurders komen er geen huizen meer vrij omdat het aantal huurwoningen daalt. Minder huurwoningen terwijl daar een schreeuwende behoefte aan is; een verdere instorting van de koop¬markt; huizenbezitters zien hun huis nog meer in waarde dalen.
Tel uit je winst. En dan zijn er nog juridische bezwaren. De huurwo¬ningen zijn niet alleen zeer in trek, ze zijn tevens in eigendom van woningcorporaties. Het recht van eigendom is een van de uitgangs¬punten van onze democratische sa¬menleving, maar nu even niet, al¬dus CDA-minister Spies. Woningcorporaties kunnen niet meer vrij over hun bezit beschikken. Ze kun¬nen immers morgen hun woning kwijt zijn. Onzekerheid over sa¬menstelling en kwaliteit van het bezit, betekent een ondeugdelijk onderpand. Woningcorporaties zullen tegen een hogere rente moe¬ten lenen om hun plannen te verwezenlijken. Meer kosten voor de corporatie betekent hogere huren.”
Toenmalig minister van der Laan maakte al in 2009 in een brief aan de Tweede Kamer de bezwaren tegen het “right to buy”. In Nederland bepalen corporaties in samenspraak met de locale overheid de behoefte aan sociale huurwoningen; zij besluiten tot verkoop of nieuwbouw afgestemd op de behoeften in hun gemeente. Bemoeienis in deze van de rijksoverheid, gebaseerd op toevalligheden, is ongewenst. Dat argument is gegeven de huidige crisis nog alleen maar sterker geworden.
Het voorstel voor verplicht koop¬recht van corporatiewoningen moet zo snel mogelijk de prullenbak in.
Jacques Monasch, woordvoerder voor oa wonen PvdA tweede Kamerfractie
Jop Fackeldey, PvdA wethouder voor o.a. wonen in de gemeente Lelystad